Leiderschap is een veelbesproken thema vandaag de dag. Het lijkt wel of iedereen een leider moet of wil zijn. Dat kan per definitie niet, want zonder volgers bestaat er natuurlijk geen leider. Hoe bindt een leider mensen aan zich? Wat maakt dat mensen iemand als leider gaan ervaren? Organisatiekundige Daniel Ofman schrijft in zijn nieuwste boek (2014) dat er voor leiderschap een drievoudige interesse nodig is. Interesse in zichzelf, in de ander en in de zakelijke kant: de kwestie(s) waar het om gaat. Voor een leider is het noodzakelijk dat zij/hij zichzelf kent (verbonden is met zichzelf en een diepgaande interesse heeft in zichzelf: de Ik-Wereld), dat zij/hij de ander kent (zich kan verbinden met de ander en een diepgaande interesse heeft in die ander(en): de Wij-Wereld) en dat zij/hij weet waar het over gaat en haar/zijn zaakjes kent, de dossiers beheerst, enz. (de Het-Wereld). Ons Nederlandse woord interesse wordt hier gebruikt in de oorspronkelijke Latijnse betekenis van inter esse: tussenin zijn. Als iemand deze drie verbindigen heeft geïntegreerd tot een tussenin-zijn, tot een eenheid, dan is een leider geboren. Ofman beschrijft deze vorm van leiderschap als het kijken door drie verschillende lenzen die samen één beeld opleveren. Een ware leider geeft leiding aan zichzelf, geeft leiding aan anderen en beheerst de materie of het thema (Ruth Cohn) waar het contact/de interactie over gaat. Een leider heeft dus een gedegen vakmatige basis, kan uitstekend omgaan met andere mensen, is serieus in hen geïnteresseerd en kent en coacht zichzelf: zowel de zwakke als de sterke kanten van de eigen persoon. Geen wonder dat er maar weinig echte leiders zijn…
leiderschap als inter-esse
16 februari 2015